Vijf studies zijn uitgevoerd naar de overleving van borstkanker en sojaproducten, waarbij meer dan 10.000 borstkankerpatiënten betrokken waren. De resultaten laten zien dat mensen die meer soja eten langer leven en een lagere kans hebben dat de kanker terugkomt.
Maar hoe zit het met vrouwen die de borstkanker-genen dragen?
Minder dan 10% van de borstkankergevallen komt in families voor door genetische mutaties. Wanneer dat gebeurt, is het meestal het gevolg van mutaties in een van de tumor suppressor-genen—BRCA1 of BRCA2—die de integriteit van onze genen beschermen.
Deze genen zijn betrokken bij DNA-reparatie en als een van deze genen beschadigd is, of mutaties vertoont, kunnen chromosomale afwijkingen optreden die ons kwetsbaar maken voor kanker.

Het idee dat we tumor suppressor-genen hebben, dateert uit beroemd onderzoek in de jaren '60, waaruit bleek dat wanneer je een normale cel fuseert met een kankercel, de kankercel de normale cel niet kwaadaardig maakt. In plaats daarvan onderdrukt de normale cel de kankercel. Tumor suppressor-genen worden doorgaans onderverdeeld in twee types: er zijn "gatekeeper" genen die kankercellen in toom houden, en "caretaker" genen die voorkomen dat een cel kwaadaardig wordt. De BRCA-genen lijken beide functies te vervullen—daarom is hun werking zo belangrijk.

Tot voor kort waren de dieetadviezen voor mensen met genmutaties gericht op het verminderen van DNA-schade door vrije radicalen, door veel antioxidantenrijke groenten en fruit te eten. Als je DNA-reparatiecapaciteit laag is, wil je extra voorzichtig zijn met het beschadigen van je DNA.
Maar wat als we ook de BRCA-functie konden versterken?

In dr. Greger's video "BRCA borstkankergenen en soja" over dit onderwerp toonde hij aan dat sojafyto-oestrogenen in vitro de BRCA-bescherming die door borstkanker onderdrukt werd, weer konden activeren, met een toename van de BRCA-expressie tot wel 1.000% binnen 48 uur. Maar vertaalt dit zich ook van het petrischaaltje naar de mens? Blijkbaar wel.

Soja-inname werd slechts geassocieerd met een risicovermindering van 27% op borstkanker bij mensen met normale BRCA-genen, maar bij dragers van BRCA-genmutaties was er een risicovermindering van 73%. Een gezond dieet kan dus bijzonder belangrijk zijn voor degenen met een hoog genetisch risico.
Vleesconsumptie bijvoorbeeld, was gekoppeld aan een verdubbeling van het risico bij mensen met BRCA-mutaties—een verhoogd risico van 97% in plaats van slechts 41% bij mensen met normale BRCA-genen.

Dus, hetzelfde dieetadvies—maar des te belangrijker wanneer er sprake is van een verhoogt risico.